

Heel wat leerlingen hadden vandaag examen cultuurwetenschappen. Zouden zij in dit vak vooral de fijnere verschijningsvormen van cultuur behandelen of ook minder fijne? Heeft men oog voor de bouwtrant van de gewone man of vooral voor het artistieke van het gebouw, dat door een kunstenaar is ontworpen?
CULTUUR komt van het Latijnse werkwoord COLERE, dat zowel bebouwen als bewonen, verzorgen en versieren én vereren en aanbidden kan betekenen.
CULTUUR is voor mij een van de moeilijke woorden uit het vocabularium. Het betekent ontginning en verering. Ik hoor het gebruiken in heel pejoratieve betekenissen, als ‘er heerst een cultuur van oorlog en terrorisme’, ook als ‘Sinterklaas en (Zwarte) Piet behoren tot de Belgische en Nederlandse cultuur’ en als synoniem voor de edelste vormen van kunst.




